Flash News
  • Hij luistert niet… Puberstreken? Ik vond vanmorgen een labrador. Gewoon bij een kom water waar ik langs liep met de honden. Terwijl ik de holle weg omhoog wandelde en…
  • Stelling: je moet een… Elke tak van sport kent zijn stellingen, vaak zijn ze duurzaam. Veel van die stellingen hebben een bijna onbeperkte houdbaarheid. Sommige worden met de tijd…
  • (On)sportief gedrag Ik heb gehoorzame en werklustige honden, een opdracht weigeren doen ze eigenlijk nooit. Een apport laten liggen omdat ze er geen zin in hebben is…
  • Checklist voor de SJP En dan is het wedstrijdseizoen weer aangebroken! De SJP zijn van start gegaan, de MAP volgen over een tijdje en elke keer vraagt het van…
  • Stropende honden Laten we het beestje maar bij de naam noemen: jachthonden die niet onder controle staan wanneer zij van de lijn gaan, die ongeoorloofd zelfstandig op…
Algemeen / Gezondheid

Flexor Enthesopathie, een vorm van elleboogdysplasie

Heupdysplasie en elleboogdysplasie, kortweg HD en ED… We hebben er allemaal wel van gehoord en er gaan veel feiten en fabels rond over zowel HD als ED. Verstandige fokkers screenen hun honden op deze aandoeningen, maar het is niet gezegd dat ouderdieren die klinisch vrij zijn ook automatisch vrije nakomelingen geven. Vooralsnog lijkt de concensus te zijn dat zowel HD als ED polygenetisch vererft. Er zijn dus meerdere genen bij betrokken die maken dat een hond aanleg heeft voor de ontwikkeling van een gewrichtsaandoening. Daarnaast gaat men er vanuit dat de oorzaak voor het ontstaan multifactorieel is. Multifactorieel wil zeggen dat er ook nog andere zaken meespelen die bijdragen aan het ontstaan of voorkomen van HD of ED. Kortom: HD en ED zijn lastige problemen om aan te pakken. De beste manier om het ontstaan er van te voorkomen is toch door te fokken met HD/ED-vrije honden, door de jonge honden met beleid te belasten (hoewel ook daar weer de nodige discussie over is) en te zorgen dat de opgroeiende hond niet sneller groeit dan zijn kwetsbare skelet kan bijhouden…

Foto: Samantha Kersten

Heupdysplasie

Heupdysplasie is wat het is, een heupgewricht dat niet goed in elkaar zit. Vaak zie je bijvoorbeeld dat de heupkom te ondiep is, waardoor de kop van het dijbeen er niet ‘lekker’ in past. Als gevolg daarvan komt er onevenredige belasting op de kapsels en ligamenten waardoor er voortijdig slijtage en artrosevorming kan ontstaan. Ik zeg expres “kan ontstaan”, want dit hoeft namelijk niet het geval te zijn. Een hond die goede bespiering heeft en houdt kan behoorlijke slechte heupen hebben zonder daar ooit last van te hebben. Ik weet van buitenlandse jachthonden die al jarenlang veel in de praktijk ingezet zijn, die op latere leeftijd op verzoek van een Nederlandse fokker op HD onderzocht werden en die dan toch HD bleken te hebben! Het hebben van HD hoeft dus niet per se een probleem op te leveren voor de hond. Desalniettemin is het vanwege de erfelijke component bij HD toch niet aan te raden om met zulke honden te fokken. Doe je dat wel, en nakomelingen van zo’n hond blijken ook HD te hebben, dan ben je als fokker aansprakelijk. In een toenemende claimcultuur kan het zijn dat een fokker zich voor de rechter moet komen verantwoorden en meestal trekt de fokker daarbij aan het kortste eind, met alle ellende van dien!

Elleboogdysplasie

Elleboogdysplasie zit iets anders in elkaar dan heupdysplasie. Bij elleboogdysplasie kan sprake zijn van verschillende problemen. Het kan zijn dat het gewricht zelf niet optimaal van vorm is, waardoor net als bij heupdysplasie onevenredige belasting en slijtage kunnen optreden. Ook spreekt men van ED wanneer er sprake is van artrosevorming in het ellebooggewricht. Dat is naar mijn mening een beetje misleidend omdat artrose altijd een gevolg van iets is, en nooit een op zichzelf staand probleem. Het kan echter ook zijn dat er sprake is van losgeraakte kraakbeenfragmentjes, gewrichtsmuizen genoemd. In die gevallen moet de hond onder het mes om het fragmentje operatief te laten verwijderen. Wanneer dit niet of te laat gebeurt kan zo’n fragmentje voor veel onherstelbare schade in een gewricht zorgen. Door voortdurende irritatie (stel je maar eens voor dat je bij voortduren met een steentje in je schoen loopt) raakt het kraakbeen in het gewricht geïrriteerd en gaat uiteindelijk verkalken. Artrosevorming dus.

Gewrichtsmuizen

De vormen van gewrichtsmuizen die tot dusver bekend waren zijn, LPC (Los Processus Coronoïdus), LPA (Los Processus Anconoïdus) en OCD (Osteochondritis Dissecans).  LPC en LPA zijn afgebroken stukjes van kleine botuitsteeksels aan de binnenkant (LPC) of de achterkant (LPA) van het ellebooggewricht. OCD gaat echter over een chipje, een heel klein kraakbeenstukje, afkomstig uit het gewricht zelf. Overigens is OCD iets dat niet enkel in het ellebooggewricht voorkomt. Op allerlei plaatsen in het lichaam kan dit ontstaan.

Deze problemen komen zelden voor bij kleine honden, het komt vaker voor bij middelgrote tot grote rassen. Bepaalde rassen lijken helaas zelfs aanleg te hebben voor het ontstaan van HD of ED, dat er een erfelijke component meespeelt bij het ontstaan er van lijkt daarmee wel aannemelijk. Onder de jachthonden zijn het vaak de labrador retrievers die hier gevoelig voor lijken te zijn. Hun actieve natuur, hun volwassen formaat en hun -vaak- zware bouw lijken hier aan bij te dragen. Triest maar waar is dan ook dat er recent een nieuwe vorm van elleboogdysplasie werd ontdekt die vaak bij grote honden wordt gezien. Niet zelden gaat het daarbij om labradors, nota bene uit werklijnen, dus vaak slanker en lichter dan de showgefokte labradors. Deze vorm van ED noemt men Flexor Enthesopathie of Flexor Avulsion.

Flexor Enthesopathie

Bij deze vorm van elleboogdysplasie is er geen sprake van een chipje of afgebroken botuitsteekseltje, maar van een ingescheurde of losgeraakte peesaanhechting. Het gaat hierbij om de buigpees die aan de achterzijde van het opperarmbeen ligt, en die aanhecht op het uiteinde ervan. Vlak boven het ellebooggewricht. Er zijn verschillende theorieën over de oorzaak, maar die zijn nog geen van alle sluitend. De exacte oorzaak van Flexor Enthesopathie is dus nog niet bekend.  Wat gebeurt er nu eigenlijk? De pees en de plaats waar deze aanhecht raakt door nog onbekende reden ontstoken, er ontstaat zwelling en de pees scheurt in of zelfs af. Wanneer er niet adequaat behandeld wordt zullen deze pees en de spier uiteindelijk gaan degenereren. In gevallen waarbij de ontsteking zo groot was dat het kraakbeen in het gewricht er bij aangedaan was kan er schade aan het kraakbeen ontstaan doordat er kalkafzetting plaats gaat vinden met artrose tot gevolg.

Wanneer dit optreedt moeten de omliggende spieren de instabiliteit gaan opvangen. Dit blijkt met name bij werklijn labradors vaak een probleem te zijn, met als gevolg dat de hond kreupel gaat lopen.  Op de afbeelding is een tekening van een ellebooggewricht te zien, met daarin aangegeven waar LPC (1), LPA (2), OCD (3) en Flexor Avulsion/Flexor Enthesopathie (5) optreden.

Afbeelding: Linda van der Hoek

Wat deze vorm van elleboogdysplasie lastig maakt is dat het nog niet snel herkend wordt door dierenartsen. Sowieso zijn diagnosticering van ED en HD echt specialistenwerk. Het is belangrijk om dergelijke problemen zo vroeg mogelijk te behandelen om de schade aan het gewricht zoveel mogelijk te kunnen beperken.

Klinisch beeld

Het klinisch beeld van Flexor Enthesopathie (FE) is vergelijkbaar met het beeld van een hond met ED. Waar andere vormen van ED echter vooral vaak bij jongere honden wordt gezien en ook vaak ten gevolg van een trauma, komt Flexor Enthesopathie vooral voor bij volwassen (4 jaar en ouder) honden. Er hoeft niet altijd een trauma aan vooraf te gaan, maar de hond gaat geleidelijk aan steeds meer kreupelen. FE kan een op zichzelf staand probleem zijn, in dat geval spreken we van Primaire Flexor Enthesopathie. Het kan ook ontstaan als secundair probleem bij andere vormen van ED, in dat geval spreken we van Concomitante Flexor Enthesopathie.

Doorgaans wordt FE vastgesteld nadat andere vormen van ED zijn uitgesloten. Het feit dat FE kan samengaan met andere vormen van ED kan echter wel maken dat het over het hoofd gezien wordt. Ook daar ligt weer een argument om met aanhoudende kreupelheid zo snel mogelijk een specialist te zoeken om naar de hond te kijken.

Behandeling en prognose

Wanneer FE wordt vastgesteld, dan is het zaak om zo snel mogelijk te handelen. Afhankelijk van de vraag of er sprake is van Primaire of Concomitante FE. In geval van Primaire FE zijn er twee mogelijkheden: een conservatieve behandeling in de vorm van injecties met glucocorticosteroïden, ontstekingsremmers dus. Soms is dit -al of niet na een keer herhalen- voldoende. De andere optie is chirurgisch ingrijpen. Hierbij worden de losgeraakte pees en de spier weer chirurgisch vastgezet. Bij Concomitante FE wordt echter eerst de onderliggende oorzaak aangepakt alvorens de FE te behandelen. De behandeling van FE is echter nog vrij nieuw, dus er is geen standaard behandelplan voor. Daarnaast is er gewoon nog erg veel onbekend over deze aandoening. Indien er sprake is van Primaire FE, dan is de prognose na behandeling gelukkig wel vrij goed. Bij verreweg de meeste honden was volledig herstel te zien. Bij Concomitante FE is het echter de achterliggende oorzaak die bepalend is voor het herstel.

Kortom: nog erg veel te onderzoeken aan deze aandoening, maar het is goed om te weten dat het bestaat. Op die manier is de kans op herkenning weer ietsje groter, zodat honden die lijden aan FE er niet langer dan nodig mee rond hoeven te blijven lopen.

Meer info

 

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *