Provinciale Jachthondenproeven (PJP) zijn meervoudige apporteerproeven. Ze zitten qua moeilijkheidsgraad tussen de gewone MAP en de Nimrod in, maar kennen in tegenstelling tot de Nimrod twee niveaus: B en A-niveau.
De PJP is opengesteld voor leden van het gewest waar men als KNJV-lid staat ingeschreven. Een voorjager uit provincie A kan dus in principe niet deelnemen aan een PJP in provincie B. Dit kan echter weer wel als hij of zij zich als KNJV-lid in provincie B heeft laten registreren omdat de jachttrainingen daar bijvoorbeeld zijn gevolgd. De voorwaarde om deel te mogen nemen zijn dat in hetzelfde seizoen als waarin de PJP wordt gehouden een MAP-diploma is behaald. Dit hoeft niet per se in de eigen provincie te zijn en is ook niet afhankelijk van het behaalde aantal punten of plaatsing. Zijn er echter meer combinaties die aan de voorwaarden voldoen dan dat er beschikbare plaatsen zijn, dan gaat selectie wel op basis van puntenaantal. Hierbij wordt dan gekeken naar de twee MAP-diploma’s met de hoogste punten, waarbij de combinatie met het hoogste puntenaantal dan voorrang krijgt op die met het lagere puntenaantal. Vanwege deze insteek mag duidelijk zijn dat PJP dus altijd pas na de SJP en MAP worden gehouden.
Het maximale aantal deelnemers per PJP is gesteld op 27. De organisatie mag daarbij zelf bepalen hoeveel daarvan op A-niveau of B-niveau kunnen deelnemen.
Het kan ook zijn dat er minder dan 27 aanmeldingen zijn omdat er in datzelfde jaar bijvoorbeeld niet genoeg combinaties zijn geweest die een MAP-diploma hebben behaald. In dat geval mag de organisatie ook combinaties uitnodigen die in het jaar er voor al een MAP-diploma hebben behaald.
Tijdens een PJP worden totaal vier proeven afgelegd waarbij de hond per proef binnen een bepaalde tijd drie stukken koud wild moet binnenbrengen. De combinaties die op B-niveau deelnemen krijgen per proef 8 minuten, de combinaties op A-niveau krijgen per proef 12 minuten de tijd. Er worden totaal zes proeven uitgeschreven, vier B-proeven en twee A-proeven. De combinaties op A-niveau leggen twee B-proeven en twee A-proeven af, de combinaties op B-niveau leggen enkel de B-proeven af. Deze bevatten gecombineerde elementen uit de proeven A t/m H zoals je die ook op een SJP tegenkomt. Er moet tenminste eenmaal een onderdeel waterwerk in zitten en ook moet bij tenminste één proef geschoten worden. Hoewel er veel van de combinaties gevraagd wordt, moeten de proeven volgens het Algemeen Reglement Jachthondenproeven fair zijn en passend bij het niveau van de combinaties.
De beoordeling en de puntentellingen zijn hetzelfde als bij een MAP, dus het minimale aantal punten is 55 en het maximale aantal punten is 100.
Alle reglementen die bij de PJP horen zijn te vinden in het Algemeen Reglement Jachthondenproeven, ook wel bekend als het Rode Boekje. Deze is als PDF te downloaden via de website van Orweja.